Binnen het onderwijs kiest men er steeds vaker voor om gebruik te maken van didactische werkvormen. Toch doe je dit als docent niet zomaar even, dat moet je eerst leren. Als docent zul je regelmatig cursussen volgen om je te blijven ontwikkelen. Het is geen slecht idee om ook eens een cursus didactische werkvormen gebruiken te volgen. Bij didactisch lesgeven is het belangrijk om je leerlingen goed te observeren en gedurende de les feedback te geven. Richt je niet altijd op de groep, maar ook op individuen. Geef je feedback, blijf dan ook later terugkomen op dat punt als er verbetering te zien is. Zo blijf je leerlingen actief bij je lessen betrekken. Uiteindelijk werpt dat zeker zijn vruchten af.
Blijf leerlingen betrekken
Waarom het zo belangrijk is om individuen te benoemen? Omdat je zo leerlingen bij de lessen blijft betrekken! Zie je regelmatig dat bepaalde leerlingen eigenlijk wegdommelen? Probeer ze dan actiever in de les te betrekken door zo nu en dan feedback te geven. Doe dat niet aan het eind van de les, maar doe dat de hele les door. Betrek leerlingen bij de lesstof die je aan het uitleggen bent. De neiging om op te letten is dan veel groter. Bovendien wordt de stof ook sneller opgenomen door de leerlingen als ze er actief mee bezig zijn.
Wat zijn de resultaten?
Verdiep je jezelf in didactische werkvormen, dan kun je een aantal resultaten verwachten. Zo worden je lessen bijvoorbeeld leuker om te volgen, zullen je leerlingen betere cijfers scoren en krijg je meer plezier in je werk. Ook komt de werkdruk lager te liggen als je merkt dat alles een stuk soepeler gaat. Met meer plezier voor de klas staan? Blijf jezelf dan ontwikkelen als docent! Niet voor niets kiezen steeds meer docenten ervoor om didactische werkvormen te gebruiken.